Algemene tips voor de training:
Voordat je met een training begint is het handig om je hond even door een dierenarts na te laten kijken (hart, longen, algemene conditie etc.)
Als je nog nooit met de hond gefietst hebt, moet je de hond eerst wennen aan het lopen naast de fiets. En vervolgens wen je hem naast de fiets aan het verkeer.
Uiteindelijk moet de hond op het U.V. examen 20 km (aangelijnd) rechts naast de fiets meelopen.
Sta je hond niet toe om te trekken tijdens het fietsen, want dit veroorzaakt sneller vermoeidheidsverschijnselen. Bovendien slijten zijn voetzooltjes dan ook harder.
Het gebruik van een springer is tijdens het examen toegestaan. Maar leer je hond altijd eerst gewoon netjes naast de fiets mee te lopen. Daardoor voorkom je dat hij later gaat hangen in de springer. Als je een springer gebruikt, zorg er dan wel voor dat je altijd een reserve lijn bij je hebt (voor het geval de springer lijn onderweg een obstakel raakt en breekt)
Controleer na en tijdens elke training de voetzolen van de hond (of ze stuk zijn of roze worden) Sommige honden slijten n.l. sneller hun voetzolen dan anderen, dit kunt je o.a. tegengaan door ze thuis in te smeren met “Stockholmer teer” (wat je o.a.bij de Welkoop of dergelijke winkels kunt kopen) of door ze enkele malen per dag met jodium tinctuur in te smeren.(Denk er wel om dat deze smeersels lelijke vlekken in kleding en vloerbedekking geven !!)
Probeer steeds op afwisselend terrein te rijden (Klinkerwegen, betonpaden, asfaltwegen, stoepen en zand- of kiezelpaden). Probeer zoveel mogelijk de bermen te vermijden omdat hier nogal eens veel zwerfvuil zoals glas, lipjes van blikjes e.d kunnen liggen waaraan de hond zijn voetzolen kan openhalen.
De hond moet in draftempo naast de fiets lopen. Het is handig om een “fietscomputer” te kopen waarmee in elk geval snelheid en afstand kunnen worden gemeten. Mits goed bevestigd (en afgestemd op de wielmaat) zijn deze redelijk nauwkeurig. De gemiddelde snelheid moet ergens rond de veertien km p/u liggen. Harder dan 16 km/h en langzamer dan 12 km/h zijn niet toegestaan.
Als je een fiets met handremmen hebt, controleer dan of de linkerrem het achterwiel remt. (de hond houd je rechts vast; dus je remt links)Want als je door het links remmen je voorwiel blokkeert, is de kans groot dat je over de kop slaat!
Ga niet trainen bij een temperatuur die hoger is dan 22 graden. Maar pas ook bij regen je tempo en afstand aan (voetzolen worden dan week en slijten sneller). En mijdt in de winter ook wegen waar pekel gestrooid is!
Geef de hond voor de training geen voer en ook niet teveel water om het risico van een maag torsie te vermijden!! De hoeveelheid drinken die je hem onderweg geeft moet ook beperkt blijven tot enkele slokken en mag niet te koud zijn. Als de hond weer thuis is, laat hem dan eerst even uithijgen en uitrusten voordat hij water en eten krijgt.
De keurmeester kijkt voordat er met het examen gestart wordt eerst naar de conditie van de hond. Daarom is het handig dat je de hond van te voren ook leert dat hij zich rustig door iemand laat betasten (zonder te grommen of uit te vallen).
Tijdens de pauzes in het examen bekijkt de keurmeester de voetzolen van de hond. Dit kan je ook van te voren ook oefenen door zelf de benen van de hond recht naar achteren halen en dan naar zijn voetzolen te kijken.